De organisatie

Onderwijsexpertisecentrum De Berkenschutse maakt samen met Kempenhaeghe, expertisecentrum voor epileptologie, slaapgeneeskunde en neurocognitie, deel uit van de Stichting Kempenhaeghe. De stichting heeft een raad van toezicht /raad van bestuur model. De raad van bestuur is het bevoegd gezag van de school. De dagelijkse leiding is in handen van het Management Team bestaande uit de algemeen directeur, de afdelingsleiders en de directiesecretaris. Iedere onderwijsafdeling wordt aangestuurd door een afdelingsleider. De afdelingen zijn opgebouwd uit teams onder leiding van een teamleider. Deze teams bestaan uit onderwijsgevend personeel en onderwijsondersteunend personeel. Ze worden bijgestaan door gespecialiseerde verpleegkundigen, gedragswetenschappers en paramedici als ‘onderwijsversterkers’. De Berkenschutse geeft antwoord op hulpvragen van leerlingen, rekening houdend met hun mogelijkheden en capaciteiten. Het onderwijs is verdeeld in: Speciaal Onderwijs (SO), Voortgezet Speciaal Onderwijs (VSO) Dagbesteding en Arbeid en VSO-vervolgonderwijs. De Berkenschutse schept een sfeervol en veilig klimaat waarbinnen kinderen zich durven ontwikkelen. Planmatig orthopedagogisch en orthodidactisch handelen en het bewust inzetten van de juiste onderwijsmiddelen staan centraal. De school staat open voor leerlingen van vier tot twintig jaar oud. Ook kinderen die bij Kempenhaeghe wonen of tijdelijk zijn opgenomen, bezoeken de school.

Speciaal onderwijs (SO)

Het SO richt zich op leerlingen van 4 tot circa 12 jaar die langdurig ziek zijn, zeer moeilijk lerend of meervoudig gehandicapt. Voor leerlingen van 4 tot 7 jaar zijn er kleuterklassen, daarna wordt de best passende leerroute gekozen. De vervolgklassen zijn samengesteld op basis van de zeven leerroutes van het doelgroepenmodel. Daarbij spelen leeftijd, uitstroomperspectief, capaciteiten, sociaal-emotionele ontwikkeling, ontwikkelingsniveau, didactisch niveau en begeleidingsbehoefte een belangrijke rol.

De leerkracht wordt in de klas ondersteund door een onderwijsassistent. De leerkracht werkt o.a. samen met gedragswetenschappers, remedial teachers, vakdocenten, therapeuten, verpleegkundigen en schoolmaatschappelijk werkenden.

In het SO is er veel aandacht voor de sociaal emotionele ontwikkeling van de leerlingen. Vanuit de gekozen leerroute en het daaraan gekoppelde uitstroomperspectief worden elk schooljaar de gestelde doelen opnieuw besproken, evenals een mogelijke tussentijdse uitstroom naar regulier onderwijs.

Voortgezet speciaal onderwijs (VSO)

Ook voor het VSO is het doelgroepenmodel met de zeven leerroutes bepalend voor de inhoud van het onderwijs. Deze zijn opgebouwd naar niveau (leerroutes) en gericht op een eindperspectief met drie uitstroomprofielen: dagbesteding, arbeid en vervolgonderwijs.

  • Leerroute 1,2 en 3: dagbesteding De leerroutes 1, 2 en 3 zijn gericht op leerlingen met een lichte, matige of ernstige (meervoudig) verstandelijke beperking (zeer moeilijk lerend) vaak in samenhang met een medische aandoening (bijv. epilepsie, stofwisselingsziekte, diabetes en/of andere langdurige ziekte) en/of gedragsproblematiek. Het onderwijs is met name gericht op het toepassen van kennis en vaardigheden in de praktijk. Hierbij wordt gebruik gemaakt van de ZML-leerlijnen en de domeinen van Plancius. Een leerlijn/domein schetst heel nauwkeurig, stap voor stap, de ontwikkeling die leerlingen doormaken om een duidelijk omschreven einddoel te bereiken. Een leerlijn is daarmee een praktisch handvat voor het bepalen van onderwijsaanbod dat naadloos aansluit bij het niveau van elk kind.

  • Leerroute 1 en 2 In leerroute 1 en 2 worden kinderen geplaatst met een cognitief ontwikkelingsniveau tussen 1½ en 5 jaar en kalenderleeftijd 5 jaar. Centraal staat dat ze leren door middel van voor-, samen- en nadoen, concrete beleving en gericht zijn op zichzelf en de directe omgeving. Gebruik maken van Totale Communicatie is een belangrijk middel bij het behalen van kleine stapjes in de ontwikkeling van deze leerlingen. Deze leerlingen gaan later wonen in 24-uurs zorg met intensieve begeleiding en gaan ‘werken’ binnen dagbesteding, gericht op beleving en activering.

  • Leerroute 3 In leerroute 3 worden kinderen geplaatst met een cognitief ontwikkelingsniveau tussen 5 en 8-9 jaar en kalenderleeftijd van 12 jaar. Centraal staat dat ze zoveel mogelijk zelfstandig aan de slag kunnen na instructie, rekening kunnen houden en samen kunnen werken met anderen, en onder begeleiding kunnen functioneren in de maatschappij. Zelfredzaamheid en zelfstandigheid spelen een steeds belangrijker rol. Deze leerlingen (gaan) wonen onder begeleiding en ‘werken’ binnen taakgerichte en eventueel arbeidsmatige dagbesteding.

  • Leerroute 4 en 5: arbeid De leerroutes 4 en 5 richten zich op leerlingen (vanaf 12 jaar) met epilepsie en/of een neurologische stoornis, langdurig zieke leerlingen en moeilijk lerende leerlingen die zich voorbereiden op integratie en actieve participatie in de samenleving. Leerlingen binnen leerroute 4 krijgen stof aangeboden uit de leerlijnen voor het VSO-zml. De aangereikte stof is gericht op de toekomst binnen een arbeidsmatige setting: loonvormende of beschermde arbeid. Voor leerroute 5 staan de leerlijnen centraal die gericht zijn op loonvormende arbeid. De leergebied-overstijgende kerndoelen zijn: Leren leren en sociaal gedrag. De leerlingen concentreren zich onder andere op taakaanpak, hulp vragen, zelfstandig werken, jezelf presenteren, keuzes maken, omgaan met ruzie en opkomen voor jezelf. Ook oriënteren de kinderen zich op de praktijkvakken koken/facilitaire dienstverlening, techniek en landbouw. We begeleiden de leerlingen naar een zo zelfstandig mogelijk leven als het gaat om werken, wonen en vrijetijdsbesteding. Bij de voorbereiding op arbeid speelt het Arbeids- Onderzoek- en Trainingscentrum (AOT) een belangrijke rol. Het AOT richt zich echter niet alleen op leerlingen met een uitstroomprofiel arbeid, maar verzorgt ook dienstverlening in alle andere uitstroomprofielen (dagbesteding en vervolgonderwijs). Dit doen zij door middelen en begeleiding in te zetten die passen bij het uitstroomperspectief van de betreffende leerling. Bij deze middelen horen onder andere arbeidsdiagnostiek- en observatie, loopbaanbegeleiding, arbeidstraining binnen de interne stagecarrousel, interne en externe stages.

Voortgezet Speciaal Onderwijs (VSO) Vervolgonderwijs

  • Leerroute 6: gericht op vervolgonderwijs vmbo De aangereikte leerstof binnen de leerroute sluit aan bij het reguliere vmbo-diploma voor leerlingen van 12-20 jaar. Het uitstroomperspectief is gericht op vervolgonderwijs. We bieden de leerstof aan op drie niveaus: vmbo-bb (basisberoepsgerichte leerweg), vmbo-kb (kaderberoepsgerichte leerweg) en vmbo-tl (theoretische leerweg). Het vmbo-onderwijs op De Berkenschutse is verdeeld over vier leerjaren. Naast de verplichte vakken is er extra aandacht voor sociale vaardigheidstraining, het plannen en organiseren van de agenda/het huiswerk en de persoonlijke ontwikkeling van de leerlingen. Binnen het onderwijs van het vmbo wordt gewerkt met de volgende leerlijnen: sociaal gedrag, leren leren, LOB en het reguliere curriculum van het vmbo. Ter ondersteuning wordt gebruik gemaakt van vakgebonden methoden. Tijdens de basisvorming is LOB (Loopbaan Oriëntatie en -Begeleiding) een belangrijk onderdeel, waarmee leerlingen o.a. door middel van proeflessen en bezoeken aan bedrijven weloverwogen kunnen kiezen voor een profiel. Leerlingen van het vmbo-bb en vmbo-kb kunnen kiezen uit de profielen: economie & ondernemen, groen en zorg & welzijn. Leerlingen van het vmbo-tl kunnen kiezen uit de profielen: economie, landbouw, techniek en zorg & welzijn. Voor vmbo-bb en vmbo-kb werken we samen met reguliere scholen voor voortgezet onderwijs, waardoor leerlingen examens maken op de betreffende school en uiteindelijk ook het diploma kunnen behalen van die school. Voor vmbo-tl worden staatsexamens afgenomen. We begeleiden alle leerlingen in hun keuze voor vervolgonderwijs en geven adviezen over opleidingen die goed aansluiten bij hun interessegebieden en vaardigheden.

  • Leerroute 7: gericht op vervolgonderwijs havo/vwo Het onderwijsprogramma van de leerroute 7 sluit aan bij de ervaringswereld, de affiniteit en het ontwikkelingsniveau van de havo/vwo-leerlingen. Er wordt onderwijs verzorgd binnen deze leerroute voor leerlingen met een (gediagnosticeerde) Autisme Spectrum Stoornis (ASS). Behoudens deze leerlingen worden onder bepaalde omstandigheden ook leerlingen met ADHD, Gilles de la Tourette, angststoornissen e.d. geplaatst. We gebruiken in deze leerroute lesmethoden die ook in het regulier onderwijs gangbaar zijn. We bieden de volgende profielen aan in de bovenbouw voor leerlingen vanaf 12 jaar: Natuur en Techniek (NT), Natuur en Gezondheid (NG) en Economie en Maatschappij (EM).

Binnen ons havo/vwo onderwijs staan contextrijke onderwijstrajecten centraal, waarmee we leerlingen willen enthousiasmeren en activeren. Denk hierbij aan: innovatieve technologische onderwijswerkplekken, zoals een digitaal aangestuurde robotarm, een graveermachine, PLC-werkplekken, filmbewerking apparatuur en een digitaal verkeersplein. Deelname aan (nationale) schoolcompetities en vakoverstijgende trajecten, Kangoeroewiskunde en de Beverwedstrijd (IC), doldwaze rekenweken. De opzet van een mini-onderneming in de bovenbouw havo/vwo. Practica in nieuwe binaslokalen en bijeenkomsten met gastsprekers vanuit verschillende universiteiten en bedrijven. Excursies naar musea, vervolgonderwijs en bedrijven, maar ook meeloopdagen binnen bedrijven en beroepsoriënterende stages. Culturele manifestatie (CKV-dag), een schoolband e.d. Naast dit uitdagende onderwijsaanbod, bieden we leerlingen een omgeving en klimaat waarin zij optimaal kunnen functioneren. Dit begint met het samenstellen van goed gebalanceerde klassen en de inrichting van de lokalen. Daarnaast is er ondersteuning door een netwerk van gedragswetenschappers, remedial teachers, leerkrachten en leerkrachtondersteuners. Regelmatig brengen we de ontwikkeling van de leerlingen in kaart. Ook met het oog op de vervolgstudie worden de leerlingen intensief ondersteund en begeleid. Zo kunnen ze deelnemen aan proefcolleges en meeloopdagen op hbo en universiteiten en zijn er gesprekken met studieloopbaanbegeleiders. Onder bepaalde voorwaarden kunnen leerlingen 'pre-studeren' op universiteiten en hbo’s of stage lopen. Uiteindelijk draagt dit totale pakket bij aan de persoonlijke ontwikkeling van leerlingen en hun maatschappelijke vorming. De havo- en vwo-leerlingen leggen een staatsexamen af, dat leidt tot een diploma (eventueel door het opsparen van certificaten) met dezelfde waarde als het examen binnen het regulier voortgezet onderwijs.

Ambulante begeleiding

De Dienst Ambulante Begeleiding van De Berkenschutse zet zich in voor ondersteuning van leerlingen met een aandoening of ziekte in het reguliere en speciaal onderwijs in zowel primair onderwijs, voortgezet onderwijs en mbo. Dit verloopt via de regionale samenwerkingsverbanden tussen reguliere scholen en scholen voor speciaal onderwijs die daartoe in Nederland zijn gevormd. De Berkenschutse met haar bovenregionale functie, werkt in dat kader samen met circa dertig samenwerkingsverbanden.

Een bijzondere taak in Passend Onderwijs heeft het Landelijk Werkverband Onderwijs en Epilepsie (LWOE). Hierin werken de aan de epilepsiecentra Kempenhaeghe en SEIN gelieerde scholen De Berkenschutse en De Waterlelie samen. De onderwijskundig begeleiders van het LWOE adviseren en begeleiden kinderen en jongeren met epilepsie in heel Nederland in het reguliere primair onderwijs, het voortgezet onderwijs, het middelbaar beroepsonderwijs en in het (voortgezet) speciaal onderwijs. Samen met de betrokken leerkracht(en), intern begeleiders, schoolleiders, medische professionals en de ouders van deze leerlingen wordt een doelgerichte aanpak opgesteld.